Ik heb een behoorlijk aantal privileges. Van een deel ben ik me bewust en van een deel niet. Wat zo bijzonder is aan die privileges, is dat ze vrij weinig te maken hebben met wat ik daadwerkelijk doe of in het verleden heb gedaan.

Ik ben, net als mijn ouders, wit. Ik hoor vaak dat mensen me er vriendelijk en lief uit vinden zien. Mijn blonde haren, mijn blauwe ogen, en het kuiltje in mijn wang maakt dat niemand van me terugschrikt als ik op straat loop. Mijn open houding zorgt ervoor dat iedere straatverkoper en verdwaalde toerist mij aanspreekt. Mijn huidskleur en de naam die ik van mijn ouders meekreeg hebben nooit een rol gespeeld als ik ging solliciteren.

Vroeger 
Over ouders gesproken; ik heb er twee. Een vader en een moeder. Het zijn mijn biologische ouders. Ze zijn 33 jaar met elkaar getrouwd en ze houden zichtbaar van elkaar. Als ze ooit relatieproblemen hadden, dan heb ik dat nooit gemerkt. Ik had nooit ruziënde ouders, hoefde geen scheiding mee te maken, hoefde nooit te wennen aan wonen in twee huizen, of aan stiefouders en bijbehorende stief- of half-broertjes en zusjes.

Mijn ouders verdienden voldoende geld om ons gezin te onderhouden en de ontwikkeling van mij en mijn broer en zus te stimuleren. Ieder jaar gingen we in het buitenland op vakantie. Mijn rijlessen en het studiegeld voor de universiteit hoefde ik niet zelf te betalen.

Kenmerken 
Ik ben een cisgender vrouw. Dat betekent dat ik ben geboren met een vrouwenlichaam, en me ook vrouw voel. Ik ben dus niet transgender. Ik word niet geconfronteerd met transfobie of discriminatie op dit vlak. Ik heb geen lichamelijke of geestelijke beperkingen. Ik kan horen en zien. Ik kan lopen en mijn armen gebruiken. Al mijn organen werken voor zover ik weet goed. Mijn duimen en tenen zien er weliswaar iets anders uit dan bij de meeste mensen, maar ze verzorgen geen belemmering.

Ik ben een vrouw en heb een relatie met een man. Niemand keurt onze relatie af op basis van onze genders. Als we samen hand in hand op straat lopen, hoef ik niet bang te zijn dat we in elkaar geslagen worden omdat we van hetzelfde gender zijn.

Ik ben moeder. Toen ik een kindje wilde krijgen was ik binnen een paar weken zwanger. Ik vond zwanger zijn best zwaar, maar ik had geen zorgen om mijn gezondheid of die van mijn baby.

Het is niet mijn verdienste dat ik wit en cisgender ben, dat er voldoende geld was thuis, dat ik zonder moeite zwanger werd.

Alle punten hierboven zijn privileges, die stuk voor stuk voor veel mensen niet zijn weggelegd. Het zijn punten waar ik niet of nauwelijks invloed op heb. Het is niet mijn verdienste dat ik wit en cisgender ben, dat er voldoende geld was thuis, dat ik zonder moeite zwanger werd. Met die punten heb ik een voorsprong op veel andere mensen. De startpositie van anderen is anders, door omstandigheden en kenmerken waar zij óók geen invloed op hebben.

In gesprek
Deze privileges zeggen niet dat mijn leven altijd makkelijk is. Ook ik ken uitdagingen en kan het moeilijk hebben. Ik kan tegen punten aanlopen waar anderen weer een privilege hebben ten opzichte van mij. Door bewust te zijn van die privileges kan ik met meer begrip en respect met mensen in gesprek gaan. We kunnen elkaar tegemoet komen en proberen te begrijpen. Als we dat allemaal doen komt er stukje bij beetje meer ruimte voor de ander, en ook voor jezelf.

Dit artikel is op 27 juni 2020 geplaatst in Vrij, weekendbijlage bij Noordhollands Dagblad, Haarlems Dagblad, Gooi & Eemlander en Leidsch Dagblad.